Menu
    English

    Onderwijs voor floreren: wat vertelt internationaal onderzoek ons?

    Door Marieke Buil – Senior Onderzoeker

    Onderzoeker Marieke Buil vertelt in dit blog over de ISEE Assessment, over hoe onderwijsbeleid in de afgelopen 50 jaar onbedoeld menselijk floreren heeft tegengewerkt en hoe toekomstig onderwijsbeleid zich minder moet richten op prestatie en verdiensten, en meer op sociaal-emotionele vaardigheden en leerpotentieel.

    "Wereldwijd heeft ons huidige onderwijsbeleid onbedoeld ongelijkheid vergroot, nieuwe vormen van elitisme gecreëerd en individualisme versterkt" blijkt uit het grootschalige internationale onderzoeksrapport Reimagining Education: The International Science and Evidence based Education (ISEE) Assessment [1, 2]geïnitieerd door UNESCO – MGIEP. 

    “Education […], beyond all other devices of human origin, is the great equalizer of the conditions of men…”, beweerde de Amerikaanse onderwijspionier Horace Mann [3]. Ik heb lang gedacht dat ons huidige onderwijsbeleid inderdaad iedereen een gelijke kans geeft om te floreren in het leven: een gelijke kans op welzijn, zowel financieel, fysiek als mentaal. Een gelijke kans voor ieder mens om diens potentieel te ontwikkelen. Niets is echter minder waar, blijkt uit onderzoeksrapport “Reimagining Education: The International Science and Evidence based Education (ISEE) Assessment[1,4].

    Wat is de ISEE Assessment?

    De ISEE Assessment is een multidisciplinair onderzoek naar de mondiale trends en ontwikkelingen binnen het onderwijs van de afgelopen 50 jaar en de gevolgen hiervan. In totaal hebben meer dan 300 wetenschappers vanuit 45 landen aan het rapport meegeschreven. Uniek aan dit rapport is dat onderzoekers uit vrijwel alle wetenschappelijke disciplines die met onderwijs te maken hebben, waaronder de neurowetenschappen, duurzaamheidswetenschappen, politieke en economische wetenschappen, filosofie en psychologie, gezamenlijk aan het rapport hebben gewerkt. Voor onderwijs, in tegenstelling tot bijvoorbeeld onderwerpen als klimaatverandering, is een dergelijke wetenschappelijke exercitie nog nooit eerder op deze schaal en dit niveau uitgevoerd. Het uiteindelijke rapport bestaat uit 25 peer-reviewed hoofdstukken verdeeld over vier hoofdthema’s:

    1. Onderwijs & Menselijk Floreren
    2. Onderwijs & Context
    3. Onderwijs & de Leerervaring en 
    4. Onderwijs: Data en Wetenschappelijke Evidentie.

    Daarnaast is er een Samenvatting voor Onderwijsbeleidsmakers [4], waaraan ik heb meegeschreven. De exercitie werd overzien door een internationale adviesgroep bestaande uit prominente figuren uit de wetenschap, het bedrijfsleven en onderwijsbeleid. Vanuit een brede wetenschappelijke kennisbasis beantwoordt de ISEE Assessment twee kernvragen:

    1. Dient ons onderwijs het juiste doel?
    2. Is ons onderwijsbeleid in staat de huidige en toekomstige uitdagingen het hoofd te bieden?

    In deze blog zoom ik in op drie boodschappen die voortkomen uit de ISEE Assessment die ik persoonlijk het belangrijkst vind:

    1. onderwijs heeft floreren als doel,
    2. sociaal-emotioneel leren en cognitief leren moeten integraal plaatsvinden,
    3. een persoonlijke leerervaring is een mensenrecht.

    Boodschap 1: Onderwijs heeft ‘floreren’ als doel

    Dat onderwijs belangrijk is wordt zelden door iemand betwist. Er bestaat echter minder consensus over wat het doel van onderwijs moet zijn. Moet onderwijs menselijk floreren en daarmee automatisch ook het floreren van dier en aarde stimuleren, of is het doel om ‘menselijk kapitaal’ te creëren en zo economische groei te bevorderen? In artikel 26 van de Rechten van de Mens staat “...het onderwijs zal gericht zijn op de volle ontwikkeling van de menselijke persoonlijkheid …”[5]. Als we dit artikel als leidraad nemen van wat het doel van onderwijs is, concludeert de ISEE Assessment onderwijs grotendeels haar belofte niet na is gekomen.

    Het onderwijsbeleid van de afgelopen 50 jaar heeft zich vooral gefocust op het vermeerderen van menselijk kapitaal. Dit zien we bijvoorbeeld terug in een toetscultuur gericht op het evalueren van leerprestaties middels gestandaardiseerde, summatieve toetsen waarin leerlingen, leerkrachten, scholen en zelfs gehele landen met elkaar concurreren. Hoewel dit beleid over de gehele wereld veel mensen (maar lang niet alle) meer financiële welvaart heeft gebracht, blijkt dat deze primaire focus op menselijk kapitaal - met taal- en rekenvaardigheden als belangrijke pijlers - onbedoeld ongelijkheid heeft vergroot, nieuwe vormen van elitisme heeft gecreëerd en individualisme heeft versterkt.[4] In lijn met de ISEE Assessment concludeerde eerder ook de Sociaal Economische Raad (SER) dat onderwijs in Nederland momenteel niet de rol van ‘great equalizer’ vervult. Integendeel, de manier waarop het Nederlandse onderwijssysteem is georganiseerd leidt tot meer kansenongelijkheid waar leerlingen hun leven lang last van kunnen houden, aldus de SER.[6]  

    Boodschap 2: Sociaal-emotioneel leren en cognitief leren moeten integraal plaatsvinden

    De ISEE Assessment concludeert dat sociaal-emotionele competenties in het onderwijsaanbod een ondergeschikte rol hebben ten opzichte van cognitieve vaardigheden. Ik voeg daar zelf aan toe dat dat zelfs zo is in landen waar sociaal-emotioneel leren (SEL) als speerpunt op de onderwijsagenda staat. Vanuit de onderwijsneurowetenschappen weten we dat cognitief leren altijd gepaard gaat met emoties. Daarnaast heeft leren op school – waar kinderen in een klas zitten met klasgenootjes en een leerkracht – ook altijd een sociale component. De ISEE Assessment concludeert dat een onderwijssysteem dat deze interconnectiviteit tussen sociaal, emotioneel en cognitief leren niet erkend niet tot floreren van leerlingen kan leiden.

    Ook hier zijn veel onderwijswetenschappers, - professionals en -beleidsmakers in Nederland het mee eens.  Op 5 april jl. is in de Tweede Kamer het position paper “Sociaal-emotionele vaardigheden structureel verankeren in curriculum als basis voor welbevinden, goed leren, gezondheid en gelijke kansen” aangeboden. De partijen die dit position paper onderschrijven pleiten voor het structureel meenemen van sociaal-emotionele vaardigheden in het Nederlandse onderwijscurriculum[7] Onderzoeksproject SCCILLS (SEL Coaching Centraal In vaardigheden van Leerling, Leerkracht en School; Kenniscentrum Talentontwikkeling) van KCTO besteedt hier ook aandacht aan. Door samen met leerkrachten en andere onderwijsprofessionals een SEL-coachingsprogramma te ontwikkelen waarbij leerkrachten direct ‘on the job’ worden gecoacht in het stimuleren van SEL van hun leerlingen, beoogt SCCILLS SEL te integreren in de dagelijkse onderwijspraktijk en het effect hiervan te toetsen.

    Boodschap 3: een persoonlijke leerervaring is een mensenrecht

    Leren wordt beïnvloed door een complexe combinatie van interne factoren (biologisch waaronder neurobiologische factoren) en contextuele factoren (sociale, politieke, culturele, institutionele, omgevings- en technologische factoren) en daardoor leert iedere leerling anders. Ons huidige onderwijs van, bijvoorbeeld, gestandaardiseerde, “one-size-fits-all” manier van evalueren van iemands onderwijsprestaties en waarbij kinderen vanaf hun twaalfde levensjaar al in een leerniveau worden geplaatst, doet hier geen recht aan. In plaats hiervan moet gefocust worden op leerpotentieel als een indicator van succes, waarbij iedereen leerling diens eigen maat is. Dit kan bijvoorbeeld door meer dynamisch en formatief te toetsen in plaats van (enkel) summatief. In artikel 26 van de Universele Rechten van de Mens staat dat iedereen recht heeft op onderwijs [5]. De ISEE Assessment pleit ervoor om dit recht aan te scherpen en ‘gepersonaliseerd onderwijs’ tot mensenrecht te verklaren.

    Dit zijn voor mij de drie belangrijkste boodschappen van de ISEE Assessment. Het gehele rapportbeslaat echter meer dan 1.000 pagina’s en het is onmogelijk om het rapport in een blog van circa 1.200 woorden recht te doen. Het rapport is een goudmijn voor onderwijsbeleidsmakers, onderwijsprofessionals en alle andere geïnteresseerden in onderwijs en onderwijsbeleid. Ik raad daarom iedereen van harte aan de Samenvatting voor Onderwijsbeleidsmakers te lezen. Hopelijk gaan we in de toekomst richting een evidence-informed onderwijsbeleid dat recht doet aan onze huidige kennis over onderwijs en leren, waarbij het mensenrecht op een persoonlijke leerervaring waarin cognitief en sociaal-emotioneel leren hand-in-hand-gaan serieus wordt genomen.

    Geraadpleegde literatuur

    1. Duraiappah, A.K., et al., Reimagining Education: The International Science and Evidence based Education Assessment. 2022, UNESCO MGIEP: New Delhi.

    2. Duraiappah, A., et al., The International Science and Evidence-based Education Assessment. NPJ Science of Learning, 2021. 6(1): p. 7.

    3. Mann, H., Annual Reports of the Secreatary of the Board of Education: Report for 1848, in Life and Works of Horace Mann, M. Mann, Editor. 1868, Press of Geo. C. Band & Avery: Boston. p. 669.

    4. Duraiappah, A.K., et al., Summary for Decision Makers, Reimagining Education: The International Science and Evidence based Education Assessment. 2022, UNESCO MGIEP: New Delhi.

    5. UN General Assembly, Universal Declaration of Human Righs, art. 26. 1948, United Nations: Paris.

    6. Sociaal-Economische Raad, Gelijke kansen in het onderwijs: Structureel investeren in kansengelijkheid voor iedereen. 2021.

    7. Position paper, Sociaal-emotionele vaardigheden structureel verankeren in curriculum. 2022.

    Naar de webpagina van Kenniscentrum Talentontwikkeling.