Menu
    English

    Ontmoeting 22

    Maken we de discussie over kwaliteit in het onderwijs onnodig moeilijk? Ron Bormans reflecteert op een regenachtige zaterdag. Het hanteren van de 'big five' - bij Hogeschool Rotterdam ingeburgerd als de vijf voornaamste punten waaraan kwaliteit kan worden afgemeten - biedt uitkomst.

    In ziekenhuizen worden mensen weer beter, advocatenkantoren staan ons bij als we in de problemen zijn, bedrijven maken winst, de overheid maakt wetten, de politie zorgt dat we veilig over straat kunnen en op school wordt les gegeven. We hebben - als je dat zo op een rij zet - de boel overzichtelijk georganiseerd. En vaak is het ook mogelijk aan te geven wanneer dat een beetje goed gebeurt: minder boeven op straat, minder inbraken en de politie is tevreden. Meer mensen die genezen en ziekenhuizen doen het goed. En bedrijven hebben ingewikkelde clusters van doelstellingen, maar uiteindelijk telt er maar één: maken we winst?

    Als we het dan over scholen hebben, maken we het vaak onnodig ingewikkeld.

    Zaterdagmorgen 11 januari: deskresearch op internet

    Het regent. Naar buiten gaan is geen optie. Morgen wordt het beter weer en kan er vast weer gefietst worden. Ik ga dus nu maar vast doen wat ik meestal op de zondag doe: de stukken voor maandag en dinsdag lezen. Echt lukken doet het nog niet en ik verdwaal regelmatig op het internet: nieuwssites, Yammer, Twitter en Google. Daar kom ik een ongedateerde studie tegen over een thema dat me fascineert: een studie naar de verschillen in visie op kwaliteit van het onderwijs.  

    Hoewel de studie gaat over het primaire en secundaire onderwijs, illustreert zij treffend mijn stelling dat het onderwijs gebukt gaat onder een veelheid aan interpretaties van wat kwaliteit nu eigenlijk is; het 'object' van kwaliteit varieert, het perspectief van waaruit je kwaliteit ziet (maatschappelijk, politiek en/of onderwijskundig) alsook het subjectperspectief: ben je een ouder, leerling, inspecteur of docent. Zonder enige overdrijving is de studie aanleiding voor zeker 100 definities en/of indicaties van kwaliteit. Het lijkt wel of de hoofdauteur er zelf ook een beetje van schrikt. De conclusie dat kwaliteit vooral gezien moet worden in termen van leeropbrengsten lijkt eerder een reddingsboei in de redenering te zijn dan wetenschappelijk gefundeerd. Positiever gezegd: het oogt meer als keuze en dat is goed. Maak je die keuze niet, dan ben je - intern en extern - als organisatie voortdurend de gevangene van methodologische discussies en vooral relativeringen, particuliere opvattingen en ruimte voor alibi's.

    Wat je belangrijk vindt, bepaalt hoe je kwaliteit definieert. Die keuze moet je - uiteraard beredeneerd - maken, daar proberen consensus op te organiseren en daar consequent aan vasthouden.  En proberen elke operationele beslissing  die je neemt te toetsen aan die keuze. 

    (Terugblik) woensdag 8 mei 2013: hogere kwaliteit door middel van Focus op Big Five

    Het College van Bestuur van de hogeschool presenteert een tussenstand met betrekking tot de kwaliteitsstrategie en de instellingsbrede discussie die daarover gevoerd is. Daarin valt te lezen:

    "Kwaliteit is een meervoudig begrip dat elke dag invulling krijgt in de relatie met studenten. De vraag is: is dat begrip zodanig te definiëren dat er voldoende helderheid ontstaat over de betekenis daarvan voor het onderwijs? Waarbij wel duidelijk richting gegeven wordt aan het onderwijs maar er voldoende ruimte is voor de decentrale invulling van de verantwoordelijkheid daarvoor. In de gesprekken ontstond consensus over wat wordt verstaan onder goede bacheloropleidingen. Opleidingen zijn goede hbo-bacheloropleidingen als deze:

    • goede accreditatie kennen, met name standaard drie (niveau en toetsing daarvan)
    • kunnen bogen op een goede studenttevredenheid (NSE)
    • het werk doen met collega's die tevreden zijn (MTO)
    • een voldoende aantal studenten op niveau laten afstuderen (studiesucces)
    • studenten afleveren die het goed doen in de praktijk (afnemerstevredenheid) 1)

    Daarmee ontstaat een duidelijk kader 2) en een duidelijke set van doelstellingen. Inmiddels heeft een vertaling hiervan plaatsgevonden naar de verschillende instituten en opleidingen, onder meer via de managementcontracten."

    [1] Nav discussie volgend op deze notitie is deze doelstelling toegevoegd; stond niet in oorspronkelijk document
    [2] We zijn deze 5 indicatoren de Big Five gaan noemen

    31 december t/m 8 januari: discussie op Yammer

    We gebruiken bij de hogeschool een intern Facebook (Yammer) waarin we kennis delen en discussies voeren. Inmiddels hebben zich daar 1966 collega's en studenten gemeld. Sommige collega's zijn heel actief, velen volgen passief (de 'lurkers') en sommigen vinden het helemaal niets. Ik vind de kwaliteit van de bijdragen van collega's vaak hoog en voel me regelmatig geïnspireerd aan het gesprek deel te nemen. Ook de Big Five zijn onderwerp van discussie op Yammer. 

    Zaterdagmiddag 11 januari: Elsevier

    Het weer is opgeknapt. Ik ga snel een boodschap doen. In de rekken zie ik Elsevier liggen: "De beste scholen, editie 2014". Het criterium is simpel: "De belangrijkste opgave voor scholen is leerlingen voldoende bijbrengen. Daarom vergelijkt Elsevier sinds 2001 de prestaties van leerlingen. Deze gegevens zeggen iets over de leerlingenpopulatie en de verdiensten of 'opbrengsten' van de school." Is vast van alles op aan te merken, maar spreekt me op zich aan. Of is dat omdat de school waar ik toezichthouder ben - Stedelijk Gymnasium Leiden - sinds 2007 in de top staat?

    Over de auteur

    Ron Bormans - Voorzitter College van Bestuur Hogeschool Rotterdam

    Ron Bormans (1957, te Schinnen, Zuid-Limburg) mag zich verheugen in een lange periode van ontmoetingen in en met het hoger (beroeps)onderwijs. Tijdens zijn studies: Natuurkunde (propedeuse) in Eindhoven en Politicologie / Bestuurskunde in Nijmegen. Maar ook in zijn loopbaan. Hij werkte o.a. als plv. directeur HBO en directeur Studiefinanciering bij OCW. Daarnaast was hij consultant bij Capgemini. Op dit moment geeft hij leiding aan Hogeschool Rotterdam als bestuursvoorzitter, een functie die hij eerder bekleedde bij de HAN. Maar hij deed ook de HvA en Inholland aan en hield toezicht op onderwijsprogramma's als directeur NQA.

    Elke twee weken is de nieuwe blog-post ook te volgen op Twitter via @ronbormans1.