Menu
    English

    Ontmoeting 32

    Verder kijken dan beperkingen, of het nu gaat om achterstandswijken dan wel studenten met een beperking, is wat Ron Bormans in deze blog laat zien. Denken in mogelijkheden zorgt er uiteindelijk ook voor dat studenten hun opleiding hoger waarderen, blijkt uit de uitslag van de nationale studentenenquête die deze week werd gepubliceerd. Tot slot geeft hij een eerste reactie op het leenstelsel: het akkoord is beter dan wat er lag, maar zorg over de toegankelijkheid blijft.

    Woensdag 21 mei: de Audi in de Oranjeboomstraat

    Ik loop met Marina Meeuwisse tijdens een wandeling met studenten op Zuid. Marina is net gepromoveerd en vanuit het Expertisecentrum Maatschappelijke Innovatie leert zij studenten naar Rotterdam kijken als door de lens van een camera. Door die inkadering leren studenten preciezer kijken naar de wijze waarop mensen hun identiteit opleggen aan hun omgeving, dan wel hoe identiteit is beïnvloed door die fysieke omgeving. Deze manier van praktijkonderzoek leert studenten hun eigen professionele referentiekaders te (h)erkennen en hierop te reflecteren. En dus wandelen we in de wijk Feijenoord door twee kale, anonieme straatjes waar de 'distinctiviteit' ofwel het persoonlijk onderscheidend vermogen, beperkt blijft tot een net wat andere plant in de uniforme plantenbakjes (waarbij meer dan de helft van de planten dood zijn). De straten pal ernaast zijn lommerrijk,  helemaal gevuld door het collectief van bewoners met persoonlijke en collectieve uitingen van een gemeenschappelijk leven op straat.

    We lopen verder de Oranjeboomstraat in. Marokkaanse jongeren die rondhangen begroeten ons vriendelijk. In de straat is een winkelgebied waar de wijkeconomie gedragen wordt door lokale ondernemers. We hebben onder andere de Turkse supermarkt Sahan bezocht, Izah, een interculturele thuiszorginstelling en een Turkse groenteboer. Op terreinen achter woningen hebben we initiatieven gezien van de woningbouwcorporatie en van Thuis op Straat. Achter de 19e eeuwse woningen en het ratjetoe aan nieuw- en herbouw blijkt groente te worden verbouwd, blijken plekken gecreëerd te zijn waar jongeren bijeen kunnen komen en kinderen kunnen spelen.

    Het eindpunt is de Anadolu moskee. Buiten de bekende bezienswaardigheden van Jeruzalem en Istanbul was ik nog nooit in een moskee geweest. Iemand van het bestuur leidt ons rond. We worden gastvrij met heerlijke Turkse thee onthaald, maar ook met een zekere gereserveerdheid, soms zelfs argwaan. Als we vragen of we een foto in het gebedsgedeelte mogen maken, blijkt waarom. Foto's die binnen gemaakt zijn, zijn ook wel eens gebruikt voor berichten die ze als kwetsend ervaren hebben.

    We wandelen terug en wisselen ervaringen uit over de verscheidenheid van mini-biotopen in een stukje Rotterdam dat ik in ieder geval niet elke dag zie. Gevoelens van hoop mengen zich met machteloosheid. Een man op de fiets houdt stil en spreekt ons aan. Kunnen we niet wat doen aan die dagelijkse herrie van de jongens die hier rondhangen? Hij wijst naar het wat naargeestige pleintje waar een verdwaalde verkiezingsposter met een breed lachende wethouder Hugo de Jonge het grijs van de stoeptegels doorbreekt.

    We lopen door. Vlakbij waar mijn auto geparkeerd staat, hangt een grote groep jongens rond. Als we aan komen lopen, beginnen ze te lachen en wijzen op mijn auto. Lachend maken ze duidelijk dat het maar goed is dat zij op mijn auto gelet hebben. Het achterraam van mijn Audi staat wagenwijd open als een iets te nadrukkelijke uitnodiging. 

    Woensdag 21 mei: kan een vis in een boom klimmen?

    Toegankelijkheid is een doelstelling die we als hogeschool hoog in het vaandel hebben. Mensen moeten toegang hebben tot het hoger onderwijs,  zonder oneigenlijke belemmeringen. Als je kunt leren, moet je de mogelijkheid hebben om te leren. Sociaaleconomische achtergrond, geld, etniciteit, geslacht of wat dan ook, mogen geen reden zijn om niet naar het hoger onderwijs te kunnen. Ook het hebben van de een of andere functiebeperking, mag dat niet zijn. Dat vinden we met zijn allen. En toch vrees ik dat tot op de dag van vandaag de ene student het net wat moeilijker heeft dan de andere. En niet omdat hij of zij minder slim is, maar om andere, oneigenlijke redenen.

    Het Powerplatform bestaat 10 jaar en dus vieren zij feest. Tien jaar lang spannen studenten binnen de hogeschool zich al in om studenten met een functiebeperking te helpen hun studie goed te doorlopen. Ik ben er graag bij. De  studenten van het eerste uur zijn er, onze collega's die zich met hart en ziel ingezet hebben en we krijgen verhalen voorgeschoteld van jonge succesvolle mensen die mede dankzij die steun een succesvolle loopbaan zijn gestart na hun studie bij ons. We horen ook verhalen dat het blijvend moeilijk is je een plek te verwerven in de samenleving met een functiebeperking; ook bij ons op school.

    De huidige voorzitter van het platform, Marloes de Vries, opent met een van die briljante quotes van Albert Einstein: "Everybody is a genius. But if you judge a fish by its ability to climb a tree, it will live its whole life believing that it is stupid".

    Kortom: ga uit van de kwaliteiten van mensen, probeer ze daarin te respecteren en bouw daar op voort in hun leerproces. Eigenlijk is dat de kern van het onderwijs: empathie. Zo is de kern van mijn betoog. Sluit aan bij wat jonge mensen kunnen, nodig hebben en probeer ze op basis van die houding te laten leren. 

    Donderdag 22 mei: studenten steeds blijer in Rotterdam

    Kwaliteit van het hoger onderwijs meet je direct af aan het oordeel dat de studenten daar over geven. Ik kan het niet vaak genoeg zeggen: als je wilt weten of je als opleiding goed bezig bent, vraag het de studenten zelf. We publiceren vandaag de cijfers over al onze opleidingen. Het overheersende beeld: we zijn goed bezig, maar zijn wat mij betreft nog zeker niet daar waar we willen zijn.

    De hogeschool laat over de hele linie een positieve trend zien. Dat is overigens het beeld van het hele hbo. Soms wordt een beeld van het hbo geschetst alsof we over de hele linie een kwaliteitsprobleem hebben. Soms - zeker door mensen die ver van de klas af staan, zoals sommige Haagse politici - ook dat er een gering kwaliteitsbesef zou zijn in onze sector. Niets is minder waar. Voor de vierde keer op rij kunnen we in het hbo vaststellen dat de tevredenheid van studenten gestegen is.

    Zo ook bij ons dus. Spannend is ook om te zien of onze kwaliteitsaanpak, zoals we die in het programma Focus verwoord hebben, werkt. Voor een belangrijk deel blijkt van wel, op onderdelen nog niet. Een van de maatregelen die we genomen hebben, is opleidingen die beneden een bepaalde kwaliteitsstandaard scoren, echte aandacht, steun en monitoring te geven. Dat blijkt in de meeste gevallen te werken. De opleidingen zetten zichtbare en significante stappen. Een heel mooi voorbeeld vind ik persoonlijk onze opleiding Verpleegkunde. In twee jaar tijd zijn onze collega's in staat geweest om van een 3,0 op een 5-puntsschaal, de stap te zetten naar 3,5. Wat ook knap is, is dat we opleidingen hebben die altijd al hoog scoren en die in staat zijn daar nog een schepje bovenop te doen. Ik noem onze opleiding Industrieel Product Ontwerpen die van 3,9 doorstijgt naar 4,2.

    Maar we hebben ook zorgen. En leren ook van deze uitslag dat bij sommige opleidingen de problematiek indringend is en een lange adem vergt. Een onderwijsmanager van een opleiding die het bij ons goed doet, zei mij laatst dat het zijn team zeven jaar gekost had om van een niet goed functionerende opleiding een uitstekend functionerende te maken. Op mijn vraag waar die stijging dan mee begonnen was, luidde zijn antwoord: "We besloten dat we die mindere kwaliteit niet meer wilden".

    's Middags bespreken we de uitkomsten ook met onze directeuren. Ze blijken de resultaten al goed op hun netvlies te hebben en ze zijn duidelijk, met hun mensen, bezig om de uitslagen te gebruiken om gericht initiatieven te nemen voor verdere verbetering. Zo moet het werken!  

    Woensdag 28 mei: de kogel is door de kerk

    'De kogel is door de kerk' is de meest gebruikte uitdrukking bij de aankondiging dat minister Bussemaker een politiek akkoord heeft over het leenstelsel - dat overigens als begrip wat besmet geraakt is en dus doen de spindoctors van de overheid hun best het anders te 'framen'.  Het leenstelsel gaat 'studievoorschot' heten. Het akkoord is sowieso smullen voor mensen met gevoel voor taal. De handhaving van de OV-kaart zal gepaard gaan met een 'beter-benutten-strategie', die tot doel zal hebben studenten de spits uit te jagen. Ik weet nog uit mijn tijd als directeur Studiefinanciering dat dat de dure kilometers waren in de onderhandelingen met de Spoorwegen. Niet-spits-kilometers kregen we gratis, spits-kilometers maakten het contract duur.

    Ik heb me de afgelopen maanden vaak uitgelaten over het leenstelsel.  Mijn grote zorg is altijd geweest het effect van het leenstelsel op de toegankelijkheid vanwege het afschaffen van de basisbeurs. Hoe ik nu aankijk tegen de belangrijkste elementen uit het akkoord: 

    1. Prima dat er iets gedaan wordt aan de studiefinanciering voor de relatief lagere inkomens; ik vind het alleen te weinig. De zorg voor de toegankelijkheid is niet weggenomen. 
    2. Prima dat er een langere termijn is voor het afbetalen van je studieschuld; 
    3. Jammer dat de OV-kaart in de huidige vorm in tact is gelaten; ik snap de waarde ervan voor studenten. Maar als we precies gaan kijken, zullen we zien dat heel veel studenten die voorziening helemaal niet nodig hebben, als je sec kijkt naar kilometers in het kader van de studie. We stoppen nodeloos onderwijsgeld in het spoor. 
    4. Goed dat er geïnvesteerd wordt in het hoger onderwijs, hoewel voor een belangrijk deel eerdere bezuinigingen afgezwakt zijn. Als we maar niet weer in zo'n bureaucratisch spel terechtkomen waar we nu inzitten met de prestatieafspraken: durf te vertrouwen in de kwaliteit van je instellingen. 
    5. Prima dat appèl op de instellingen om nu al additioneel te investeren in de kwaliteit van het onderwijs: Hogeschool Rotterdam is daar al mee begonnen en zal dat blijven doen.  
    6. Prima, het instemmingsrecht van de medezeggenschapsraad op de begroting: bij Hogeschool Rotterdam doen we dat al. 
    7. We zullen niet meewerken aan een 'beter-benutten-strategie' van de OV-kaart als dat gaat betekenen dat we de eerste twee uur  dan wel de laatste twee uur van het rooster zullen moeten gaan schrappen.

    Kortom, het akkoord is een stap vooruit ten opzicht van wat voorlag. Maar de zorg voor de toegankelijkheid is niet bepaald weggenomen. En toegankelijkheid is een doelstelling die we in ieder geval in Rotterdam hoog in het vaandel hebben.

    Over de auteur

    Ron Bormans - Voorzitter College van Bestuur Hogeschool Rotterdam

    Ron Bormans (1957, te Schinnen, Zuid-Limburg) mag zich verheugen in een lange periode van ontmoetingen in en met het hoger (beroeps)onderwijs. Tijdens zijn studies: Natuurkunde (propedeuse) in Eindhoven en Politicologie / Bestuurskunde in Nijmegen. Maar ook in zijn loopbaan. Hij werkte o.a. als plv. directeur HBO en directeur Studiefinanciering bij OCW. Daarnaast was hij consultant bij Capgemini. Op dit moment geeft hij leiding aan Hogeschool Rotterdam als bestuursvoorzitter, een functie die hij eerder bekleedde bij de HAN. Maar hij deed ook de HvA en Inholland aan en hield toezicht op onderwijsprogramma's als directeur NQA.

    Elke twee weken is de nieuwe blog-post ook te volgen op Twitter via @ronbormans1.