Menu
    English

    Onderzoek naar Zorgrelaties

    Onderdeel van de Academische Werkplaats Dementie

    Publicatiedatum: 01 april 2009

    De zorgrelatie tussen de cliënt met dementie, zijn mantelzorger en de thuiszorgmedewerker staat centraal bij De Zellingen. Samen bepalen zij wat goede zorg is in een bepaalde zorgsituatie. Toch verloopt de ene zorgsituatie veel gunstiger dan de andere. Het is niet duidelijk welke factoren de zorgrelatie beïnvloeden. Dit onderzoek beoogde inzicht te krijgen in factoren die de ontwikkeling van een goede zorgrelatie tussen cliënten met dementie, hun mantelzorgers en de thuiszorgmedewerkers beïnvloeden.

    Toon:

    Het belangrijkste begrip dat uit de analyse naar voren gekomen is, is ‘Eigen regie’. Eigen regie is in dit project gedefinieerd als: de oudere met dementie heeft zoveel mogelijk de ervaring dat hij of zij zijn of haar eigen leven kan leiden. Het refereert aan de ervaring dat iemand zijn of haar activiteiten kan kiezen, besluiten kan nemen en eigen doelen kan nastreven.

    Er zijn drie typen van zorgrelaties onderscheiden: ‘eigen regie behouden’, ‘regie overgeven met passief verzet’ en ‘regie toevertrouwen aan de mantelzorger’. Hiermee is aangegeven wat de ‘eigen regie’ betekent voor de persoon met dementie.

    Participanten 

    De cliënten met dementie waren tien vrouwen en vier mannen in verschillende fasen van dementie. Zes cliënten woonden alleen en acht woonden samen, waarvan één in een familiehuis (twee gezinnen samen). De leeftijd van de cliënten varieerde van 70-91 (gemiddeld 80 jaar). De mantelzorgers waren vijf partners, vier dochters, een zoon, twee zussen, een mentor en een buurman. Hun leeftijd varieerde van 46-76 (gemiddeld 63 jaar). De thuiszorgprofessionals waren zes zorgcoördinatoren, drie verzorgenden, een begeleider, drie verpleegkundigen en een medewerker dagverzorging, met een leeftijd van 42-60 (gemiddeld 50 jaar). Bij drie cliënten was onduidelijk of de diagnose dementie gesteld was, volgens de thuiszorgprofessionals wel, maar volgens de mantelzorgers was er geen officiële diagnose. Het zorgaanbod van de thuiszorg varieerde van een keer per zes weken een begeleidend gesprek tot het maximale thuiszorgaanbod. Dit bestond uit iedere week: zes dagdelen dagopvang (DVO), twee keer huishoudelijke verzorging (HV), drie keer drie uur ondersteunende begeleiding (OB); daarnaast dagelijks drie keer persoonlijke verzorging of hulp bij activiteiten van het dagelijks leven (PV) en een keer per maand een begeleidingsgesprek met een casemanager dementie.

    Publicatie

    Download de publicatie Dementie en regie, de zorgrelatie tussen cliënten met dementie, hun mantelzorgers en thuiszorgprofessionals.